Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Waarom sommigen voor geweld kiezen

Waarom sommigen voor geweld kiezen

Waarom sommigen voor geweld kiezen

TOEN aan Joseba, die in Spanje woont, werd gevraagd waarom hij zich bij een militante groep had aangesloten, zei hij: „De onderdrukking en het onrecht waarmee we te maken kregen, waren soms ondraaglijk. In de stad Bilbao, waar ik woonde, deed de politie vaak invallen, waarbij ze mensen aftuigden en arresteerden.

Op een ochtend werd ik gearresteerd omdat ik me over die politiemethoden had uitgelaten. Ik was zo kwaad dat ik er, desnoods met geweld, iets aan wilde doen.”

Onderdrukking en wraak

De Bijbel praat geweld niet goed, maar erkent wel dat ’onderdrukking een wijze waanzinnig kan doen handelen’ (Prediker 7:7). Bij velen wekt het woede op als ze onrechtvaardig worden behandeld op grond van hun ras, geloof of nationaliteit.

Hafeni zei bijvoorbeeld: „Ons land werd op een wrede manier van ons afgepakt. Dieren vechten voor hun territorium, dus leek het logisch dat wij voor ons land en onze rechten vochten.” Een man die een zelfmoordaanslag pleegde, liet een boodschap na waarin hij zei: „Wij zullen onze strijd pas staken als jullie ermee ophouden ons volk te bombarderen, te vergassen, gevangen te nemen en te martelen.”

Religieuze motieven

Hoewel militante groepen vaak politieke motieven hebben, komt het ook veel voor dat ze geweld plegen om religieuze redenen. Een wereldleider kreeg de volgende fax van een woordvoerder van een militante beweging: „We zijn niet krankzinnig en het is ons ook niet om de macht te doen. We dienen God en daarom houden we vast aan ons standpunt.”

Daniel Benjamin en Steven Simon schreven in hun boek The Age of Sacred Terror over religieuze motieven: „In een wereld die steeds religieuzer wordt, zijn er steeds meer aanhangers van de grote godsdiensten en van snel groeiende sekten die vinden dat geweld bij het dienen van God hoort.” Een andere wetenschapper, Magnus Ranstorp, kwam na het documenteren van een aantal gebeurtenissen die hij „spectaculaire terreurdaden over de hele wereld” noemde, tot de conclusie: „De daders zijn er allemaal van overtuigd dat hun daden door God worden goedgekeurd en zelfs in opdracht van hem worden uitgevoerd.”

Maar veel leden van religieuze militante groepen hebben extreme standpunten die geen weerspiegeling zijn van de traditionele leringen en waarden van de religie die ze aanhangen.

Een diepgewortelde haat

Joseba werd bij zijn arrestatie zwaar mishandeld. Hij vertelde: „Die wrede mishandeling overtuigde me ervan dat mijn haat terecht was. Als ik door te sterven iets kon veranderen, dan had ik dat er graag voor over.”

Zulke motieven om geweld te gebruiken worden vaak nog versterkt door de groep. Hafeni zei: „In de vluchtelingenkampen werd ons tijdens bijeenkomsten geleerd dat de blanken constant bezig waren manieren te bedenken om de zwarten te onderdrukken.” Wat was het gevolg?

„Ik ging de blanken steeds meer haten. Ik wantrouwde ze allemaal. Uiteindelijk vond ik dat de maat vol was en dat onze generatie er iets aan moest doen.”

Verrassend genoeg hebben Joseba en Hafeni hun diepgewortelde gevoelens van haat en wantrouwen overwonnen. Hoe heeft die verandering van hart en geest plaatsgevonden? In het volgende artikel leest u hun verhaal.

[Inzet op blz. 6]

„Die wrede mishandeling overtuigde me ervan dat mijn haat terecht was. Als ik door te sterven iets kon veranderen, dan had ik dat er graag voor over.” — Joseba